zondag 7 oktober 2012

Blogbericht bij hoofdstuk 1


Waarom in het onderwijs?

Dit is de vraag die velen mij stellen. Waarom studeer ik een master vertalen als ik geen vertaler wil worden? Simpelweg omdat het mij een saai beroep lijkt. In de loop van vorig academiejaar, het jaar waarin ik mijn master volgde, kregen wij allerlei mensen te zien die praatten over hun beroep als vertaler. Het waren zowel literaire als technische, juridische en wetenschappelijke vertalers. Al deze personen lieten mij maar een trieste nadruk na. Deze mensen leken wel afgesloten van de buitenwereld en te leven op hun eigen eilandje waar ze zielig achter hun pc zaten. Sommigen gaven zelfs toe dit eigenlijk niet graag te doen. Toen ze vertelden dat ze zelfs amper hun brood met vertalen verdienden en daarvoor regelmatig een nachtje door moesten werken, wist ik genoeg.

Ik ben altijd een sociaal beest geweest en m’n leven eenzaam slijten achter een pc met een stel woordenboeken leek niet het leven te zijn waarvan ik altijd al gedroomd had. Het sociale aspect van leerkracht spreekt mij enorm aan. In welke andere job ben je zoveel met jonge mensen bezig? Ook de waardering die je krijgt van sommige leerlingen, vind ik hartverwarmend. Bovendien is mijn moeder ook leerkracht in het secundair onderwijs en zo weet ik dus al een beetje waaraan ik mij kan verwachten. En dat het niet steeds rozengeur en maneschijn zal zijn, daar ben ik mij uiteraard ook bewust van. Maar aan welk beroep zijn er geen minpunten?

Welke vakken?

Ik zou graag Frans geven. En, als er scholen zijn die ook Spaans onderwijzen, ook graag Spaans. Dit zijn dan ook de talen die ik gestudeerd heb. Ik ben een echt taalbeest. Al van kinds af was ik gepassioneerd door vreemde talen. In het middelbaar volgde ik dé taalrichting bij uitstek: Grieks-Latijn. Ik hou er van om te kunnen communiceren met mensen uit een andere cultuur. Spraakkunst en woordenschat zijn mijn lievelingsonderdelen omdat ze de bouwstenen vormen van een taal. Mijn toekomstige leerlingen weten dus al waar ze zich aan mogen verwachten!

Frans is altijd mijn lievelingsvak geweest in het secundair. Misschien omdat het de taal van de liefde is? Of misschien omdat ik vaak Frans hoorde als kind (Ik woonde op 100 m van de Franse én Waalse grens!) en veel Franstalige vrienden had? Vaak vroegen medeleerlingen mij in het middelbaar om uitleg als ze iets niet verstonden en ik vond het dan altijd geweldig als ik hen iets kon uitleggen. Misschien daar al een eerste teken dat ik onderwijzer wilde worden?

Aan het einde van mijn secundaire loopbaan besloot ik om nog Spaans bij te studeren. Ik wou per se nóg een nieuwe taal studeren. En dan nog liefst een taal die je in onze streek niet veel hoort. Daarnaast heb ik ook een passie voor de zuiderse culturen en Spaans vond ik altijd al een prachtige taal.

Frans en Spaans worden gerekend onder de AV (Algemene Vakken). Op de site van het Vlaamse Onderwijs zie ik dat ik over een voldoend geacht diploma beschikt vermits ik de lerarenopleiding doe. Ik mag dan les geven in de 2e en 3e graad ASO/TSO/KSO en in de 3e graad BSO.

Aangezien Frans en Spaans onder de noemer van Algemene Vakken valt, betekent dit dat ik een fulltime heb in het secundaire onderwijs vanaf 20 uren als ik in de 3e graad les geef en 21 uren in de tweede graad. Ik moet wel rekening houden met een plage-uur in het secundair.  Als ik in het volwassenonderwijs zou lesgeven dan heb ik een fulltime wanneer ik 20 uren presteer. Hier zijn geen mogelijke plage-uren aan verbonden. Ook kunnen er mij nog BPT-uren of Bijzondere Pedagogische Taken worden toegekend. Ik vind het volkomen normaal dat men je dit kan vragen. Ik heb er dan ook geen enkel bezwaar tegen. Het kan zelfs uitdraaien op een leuke en leerrijke ervaring.

Wat met solliciteren?

Dit vond ik een interessant stukje in de cursus daar ik nog geen enkele ervaring heb met solliciteren. Tijdens mijn sollicitatiegesprek zal ik uiteraard letten op mijn taalgebruik en mijn voorkomen. Natuurlijk speelt ook je diploma een rol. Aangezien ik slechts een voldoende geacht diploma  heb, hoop ik toch om snel een opdracht te vinden. Het schijnt dat er een tekort is aan taalleerkrachten in het secundair, en dan vooral voor Frans… Klinkt veelbelovend! Tijdens mijn sollicitatiegesprek zal ik uiteraard enkele troeven uitspelen zoals het feit dat ik op Erasmus ben geweest naar Barcelona (goede kennis van het Spaans) en dat ik een uitstekend stageverslag heb gekregen. Ook dat ik een bachelorproef heb geschreven over de nieuwe onderwijsvormen en evaluatiesystemen, is zeker een pluspunt.

Afbeelding


Tot slot had ik graag mijn blogbericht afgesloten met een afbeelding. Het is een afbeelding van Roland Barthes, een Frans intellectueel en wetenschapper in de semiotiek. In 1977 kreeg hij de eer om les te geven in het prestigieuze “Collège de France” in Parijs. In zijn eerst les, die hij “Leçon” noemde, legde hij uit wat lesgeven volgens hem is. Hij deed dit adhv een mooie beeldspraak. Hij omschreef het als een kind en een moeder. De moeder staat voor de leerling en het kind voor de leerkracht. Het kind speelt op een rustig speelpleintje en brengt telkens een steen of een bolletje wol brengen naar zijn moeder. Dit staat voor de kennis. Uiteraard heeft dat steentje slechts betekenis als de moeder zich in de plaats van het kind stellen. Er moet een soort relatie bestaan tussen het kind en de moeder, dus tussen de leerkracht en de leerling. Alleen dan is de kennis die wordt meegedeeld nuttig. De klas (het rustige speelpleintje, zoals Barthes het noemt) is ook een soort wereld die niet echt is. Eventjes zijn leerkracht en leerling in een fictieve wereld en buiten raast de echte wereld aan hen voorbij.

Dit vind ik een prachtige beeldspraak van Barthes en dit is exact hoe ik zie dat lesgeven is. Je kennis doorgeven en leerlingen weten te boeien. Maar er moet een zekere relatie bestaan tussen jou en je leerlingen.Buiten mag de wereld en het echte leven razen, maar in de klas is het even een rustig moment waarbij kennis wordt uitgewisseld.

1 opmerking:

  1. Beste Bruno
    van harte dank voor je bericht: ik lees dat je een passie hebt voor talen:passie is een belangrijke eigenschap om later het verschil te kunnen maken.
    Frans is een taal die minder en minder populair is: goed dat je interesse hebt voor werkvormen - dit in combinatie met je passie zal ervoor zorgen dat je ingang vindt bij leerlingen

    BeantwoordenVerwijderen